zondag 28 december 2014

Niet kiezen

Ben ik een landschapsfotograaf met belangstelling voor straatfotografie? Of ben ik een straatfotograaf met belangstelling voor landschapsfotografie? In het afgelopen jaar hopte ik nogal eens op en neer tussen de twee genres. Gelukkig hoefde ik vanmiddag niet te kiezen. Ik verenigde beide thema’s in één foto. 
Na het daverend succes van de eerste editie vorig jaar, had de plaatselijke afdeling van de ZLTO dit jaar een tweede aflevering van de Kapellekeswandeling op touw gezet. Vanaf het Boerenbondsmuseum konden de deelnemers door een sneeuwlandschap via De Kampen naar het kasteel wandelen en vandaaruit dwars door het dorp naar het kapelletje aan de Deel. Daar konden de wandelaars kiezen: via de molen aan De Elding terug naar het Boerenbondsmuseum of door de velden naar het Esdonks kapelleke en dan terug. De kortste route was zes kilometer lang, over Esdonk was het negen kilometer. 
Vorig jaar liepen we de lange route. Dit jaar kozen we voor de kortere. Ik wilde nog even bij molen De Bijenkorf binnenlopen om te zien of de A3+ print van de foto die ik gisteren van de molen had gemaakt, de drukte had overleefd. Dat was zo. Molenaar Jeroen was er zuinig op. Bovendien had ik op de korte route al een aantal mooie foto’s gemaakt. Zoals die van de schim op de muur van het kapelleke aan de Deel, die ik op mijn Facebook plaatste
Onderweg maakte ik ook deze foto. Ik had al een serie van kaarsjes in weckflessen die langs de route stonden, gecombineerd met een ondergaande zon aan de einder. Ik had avondrood in een sneeuwlandschap, maar dat is nogal standaard voor mensen die tegen de avond met een camera onderweg zijn. 
Ik heb uiteraard ook veel mensen gefotografeerd. Mensen op straat vind ik fascinerend als ze spontaan rare dingen doen. Bijvoorbeeld een kind dat zijn handen warmt aan een vuurtje terwijl het zijn handschoenen nog aan heeft. Gezien met de ogen van een straatfotograaf, gefotografeerd met de techniek van een landschapsfotograaf. Ik ga denk ik ook in 2015 maar niet kiezen tussen die twee genres.

Is dit nou een straatlandschapsfoto?.

zondag 21 december 2014

Oude doos

De kortste dag van het jaar heb ik benut om eens in een oude doos te duiken. Ik stuitte op dia’s die ik maakte in IJsland. We waren daar in 1981, in 1999 en in 2002 nog eens. Het was nog in het analoge fototijdperk. 
Tijdens die reizen maakte ik dia’s. Als landschapsfotograaf was ik vooral geïnteresseerd in de prachtige kleuren en grillige vormen van het IJslandse landschap. De foto’s die ik er maakte waren zo mooi, dat ik daarna geen uitdaging meer vond in het fotograferen van landschappen. Zo af en toe maak ik nog wel landschapsfoto’s, maar ik vond een nieuwe passie in wat wel wordt genoemd straatfotografie. 
Ik besloot vanmiddag een paar van die teruggevonden IJslandse landschapsdia’s te digitaliseren. Ik heb geen diascanner, maar koos voor een andere reproductietechniek. Ik zette een macro-objectief op mijn Canon 7D die door zijn cropsensor extra uitvergroot. Ik zette een speedlightflitser op statief en trok een diffusorkapje over zijn kop. Op dat kapje plakte ik een ingeraamde dia. De flitskracht van de speedlight zette ik op 1/128 en het diafragma van de camera op f/ 22. Dat leverde de perfecte belichting op voor reproductie van een dia die een centimeter of twintig voor de lens van mijn camera hing. 
Ik toon hier niet het mooiste landschapje, maar wel een bijzonder. We reden op dinsdag 23 juli 2002 een paar honderd kilometer door dit lavalandschap met als enige houvast voor richting een uitgesleten spoor. Eén keer zagen we op deze weg andere mensen. Een groep ruiters die net als wij urenlang niemand anders had gezien kwam ons tegemoet. Uitwijken was niet nodig. Ruimte zat. 
In dit door god en alle mensen verlaten landschap trainden Neil Armstrong en Buzz Aldrin in de jaren zestig voor hun maanlanding. Het schijnt hier erg veel op de maan te lijken. Armstrong fotografeerde later op de maan met een Hasselblad. Ik weet niet of hij er hier in dit IJslandse veld mee oefende, maar ik had in elk geval geen Hasselblad. Ik moest het toen doen met een analoge Canon 5D waarin een Kodak diafilm lag. 
Zonder tussenkomst van de NASA heb ik die dia’s nu ook digitaal beschikbaar gemaakt.

Digitaal zonder tussenkomst van de NASA.



zondag 14 december 2014

Social medium

Wat ben jij aan het doen?, vroeg een mevrouw die in gezelschap van een andere dame op me toe kwam lopen. Het was niet op de vermanende toon van ‘dit wil ik niet’, zoals me wel eens overkomt als ik ergens op de openbare weg fotografeer. Ze was gewoon nieuwsgierig en de vraag leek me vooral retorisch. Als iemand met een oog door de zoeker van een camera kijkt, is die kennelijk aan het fotograferen. En dat was wat ik deed. 
Maar ze leek me eerder te willen vragen, waarom ik hier aan het fotograferen was. En ook daarop hoefde ik geen antwoord te geven. De dame in haar gezelschap vertelde: “Deze meneer is van een fotoclub en maakt hier foto’s van de gangetjes en paadjes. Gisteren waren ze hier ook al aan het fotograferen.” 
Dat ik ook van die fotoclub was kon ze alleen maar raden, maar ik kon haar uitleg slechts bevestigen. Onze fotoclub had zaterdagmorgen in het kader van ons seizoenthema een excursie gehouden naar de paadjes, steegjes en gangetjes aan deze rand van ons dorp. We willen er aan het einde van het seizoen een clubexpositie van samenstellen. Ik was gisteren verhinderd om aan die excursie deel te nemen, maar was nu op eigen gelegenheid op pad. 
Op mijn pad ontmoette ik een vrouw die haar paardje uitliet. Het dier was niet veel groter dan een Sint Bernardhond en liep aangelijnd, zoals je met een grote hond doet. Ik vroeg of ik haar met haar paardje mocht fotograferen en dat vond ze prima. We raakten aan de praat en ze vertelde dat het paardje van een ras was dat door de Indianen werd gefokt en door de Spanjaarden naar Europa is gebracht. 
Ze vertelde verder dat ze zelf ook fotografeert en daarvoor een digitale Polaroid had gekocht. Ze nodigde me uit in haar atelier dat aan het einde van een paadje annex steegje of gangetje ligt en liet me daar al haar gereedschappen zien die ze als zzp’er gebruikt voor haar spirituele sessies, annex voetmassages annex cursussen paardenverzorging. “Ze zeggen wel eens dat ik me moet specialiseren, maar ik kan niet kiezen”, vertelt ze. 
Toen ik even later wat verderop aan het fotograferen was, kwam een vrouw naar buiten die me vroeg of ik de buurt aan het filmen was. Ik vertelde van onze fotoclub en het thema van gangetjes en steegjes en paadjes. Al kletsend kwamen we er achter dat we ver weg nog ergens familie waren. 
Dankzij mijn fotohobby heb ik vandaag weer enkele leuke mensen ontmoet. Facebook is een handig social medium, maar een fotocamera dus ook.

Zij kwamen vandaag op mijn pad.

zondag 7 december 2014

Barolo

Ze wilde een pop met Sinterklaas. Denk ik. Met een flesje en een speen. Dan kun je tenminste spelen met je pop. Zo zal het wel geweest zijn. Maar nou is Sinterklaas weer naar huis en is Kerstmis in aantocht. En dus moet je met mama en papa naar de kerstmarkt. Pop moet mee. Met flesje en speen. Maar toch niet zo leuk als thuis. Saai, stom, vervelend. Of hier in Durbuy, ennuyeux. 
Ik kon het wel eens zijn met dit meisje. Saai, stom, vervelend. Ik loerde op leuke motieven voor op onze kerstkaart, die ik al jarenlang zelf maak. Maar ik vond ze niet. Op de overdekte schaatsbaan lummelden wat kinderen rond. Echt geschaatst werd er niet. In vorige jaren maakte ik hier al mooiere foto’s. 
Tussen de kerstmarktkraampjes was het ook al niet druk. En dat was nog voor het begon te regenen. Het was koud genoeg voor sneeuw en dan had ik nog kans op een mooi kerstsfeertje. Maar toen de nattigheid begon te vallen was het alleen maar koude regen onder een grauwe lucht met weinig licht. Om twee uur in de middag moest ik opschalen naar ISO 800 om met een diafragma van f/ 5.6 nog uit de hand te kunnen fotograferen. Nee, dit was helemaal niks. Gelukkig leverde dit meisje me nog een aardige foto op. 
En toen ik haar zo naar dat flesje zag kijken herinnerde ik me dat er thuis ook nog een fles stond. Ook van Sinterklaas gekregen. Het werd een mooie Italiaanse wijn, Barolo 2010, in plaats van een kerstkaartfoto.

't Is geen Barolo 2010, hè?

zondag 30 november 2014

Roos

Soms is onze fotoclub net een IVN-afdeling. Dan krijgen alle planten namen en willen de natuurfotografen onder ons weten waar en hoe die foto van een bloem of plant gemaakt is. Dan pas ik. Als het op een steeltje staat en blaadjes heeft, dan noem ik het een bloem. Maar ik kan geen margriet van een boterbloem onderscheiden, laat staan dat ik al die latijnse namen ken. Ik zie soms niet eens het verschil tussen een echte bloem en een neppert. 
Ik ben ook geen natuurfotograaf. Mijn interesse gaat in hoofdzaak uit naar straatfotografie en de laatste tijd ben ik weer iets actiever met een oude passie, de landschapsfotografie. Die mag je bij mij ook niet verwarren met natuurfotografie. Als er natuur op mijn foto’s staat dan is dat omdat die het landschap bepaalt. Maar er kunnen even goed alleen maar gebouwen op staan, omdat een stadslandschap ook een landschap is. 
Hoewel ik als buitenfotograaf zowel op straat als in het landschap de kou en de regen trotseer, had ik vandaag geen zin in een lange wandeling. We lunchten in een restaurant in het dorp en deden inkopen op koopzondag en zijn toen naar huis gegaan. Het licht vond ik niet bijzonder genoeg voor landschapsfotografie en eigenlijk ook niet voor straatfotografie.
Thuis richtte ik een kleine, geïmproviseerde studio in en ging ik aan de slag met flitslicht. Af en toe vind ik dat nodig om de techniek niet te verleren. In huis vond ik een vaasje met een bloem erin. Een roos heet die geloof ik. 
Ik maakte er een paar foto’s van en experimenteerde een beetje met camera-instellingen. Zo kan ik op mijn Canon EOS 6D meervoudig belichten. Dat houdt in, dat je voor één foto meer opnames maakt, waarin je dan variaties kunt aanbrengen. Voor deze foto koos ik voor vier opnames, waarvan drie keer dezelfde. Voor de vierde opname verschoof ik het vaasje een klein beetje. Ik had de belichting voor elke opname apart aangepast. 
Als je de foto goed bekijkt kun je er de effecten van de meervoudige belichting goed uithalen. Vooral aan de rechterkant van het vaasje zie je een transparant randje. 
De fotoapparatuur van tegenwoordig is trouwens zo goed, dat ik in de nabewerking van deze opname een geweven structuur, losse draadjes en rafelrandjes zag. Mijn roos was nep. Ook vandaag was ik dus niet bezig met natuurfotografie.

Alweer geen natuurfoto.

zondag 23 november 2014

Oldtimers

In Durbuy was vanmiddag een colonne oldtimers neergestreken. Terwijl de bestuurders en hun passagiers aan de lunch zaten, trokken de keurig op een rij geparkeerde wagens veel bekijks. 
De voorbijgangers waren vooral mensen die kennelijk wisten waar ze naar keken. Ze bogen zich voorover in de wagens waarvan de daken waren teruggevouwen. En bij de overkapte wagens gluurden ze door de ruiten naar binnen met de handen aan weerszijden van hun ogen om spiegeling uit de ruit te weren. Wat ze verder gemeen hadden, was dat ze van die wagens allemaal foto’s maakten. 
Ik heb geen verstand van auto’s. Ik ben er even naartoe gelopen om te zien hoe de meest populaire wagens heetten. De rode Triumph TR6 werd meestal voorbijgelopen, maar bij de twee wagens die ernaast stonden, bleef vrijwel iedereen staan. Het waren twee Austin Healy’s. Kennelijk zijn dat leuke hebbedingetjes voor de oldtimerliefhebbers. 
Hoewel ik mijn Canon 6D bij me had, voelde ik me niet geroepen om die glimmende oude bakken te fotograferen. Pas toen ik die hond opmerkte die met veel aandacht naar de wagens opkeek, was mijn interesse gewekt. Schatte hij deze Austin Healy’s werkelijk op waarde? Ik heb er een foto van gemaakt, voor het geval die hond echt bijzonder is. Gezien zijn specifieke belangstelling voor de mooiste wagens in de rij had hij meer verstand van auto’s dan ik. 
Misschien is ie wel familie van Hond a en dan zal ie ook wel weten of Civic een reu of een teef is.

Is dit familie van Hond a?

zondag 16 november 2014

Pietenkleur

Je zou er het schaamrood van op de kaken krijgen. In het Middenoosten probeert IS de macht te grijpen, in Oekraïne doen de Russen ten koste van honderden doden aan landjepik en in Afrika gaan mensen dood aan het Ebolavirus. En wij in Nederland, wij maken ons druk over de kleur van Zwarte Piet die per definitie zwart moet zijn. Vanwege de traditie, jazeker. 
Als Piet van oorsprong andere kleurtjes gehad zou hebben, dan had ie wel Bonte Piet geheten. Rode Hond zouden we ook niet goed vinden, want een kleurling is geen hond. Blauwe Piet zou op verzet stuiten van onze Indonesische medemens, want een discriminerend deel van onze autochtone bevolking duidt die bevolkingsgroep uit onze voormalige kolonie Nederlands Indië uitermate kwetsend aan met ‘die blauwen’. Als ze geel zouden zijn kwam heel China in opstand. En Roze Pieten… Ach, laat ook maar. 
Zwarte Piet heeft in mijn beleving niks met discriminatie te maken. Toen ik nog een kind was, was de enige neger in mijn leven Sjimmie, het vriendje van Sjors. Zwarte Pieten hadden niks te maken met donker getinte minderheden. Ik wist niet dat die bestonden. Zwarte Pieten waren zwart, omdat ze in elk huis door de schoorsteen moesten kruipen. Vandaag keek ik naar de intocht van Sinterklaas in ons dorp. Buiten regende het en binnen zat ik bij restaurant Puuur achter een lunch met uitzicht op mensen buiten die zich schuil hielden onder paraplu’s. Rode, groene, blauwe, gele. Het was een kleurig plein, waar Sinterklaas werd welkom geheten. 
Ik had mijn Canon PowerShot G10 bij me gestoken, voor het geval ik iets zou zien dat leuk genoeg was voor een foto. Door het sombere weer moest ik kiezen voor een lage sluitertijd met veel kans op bewegingsonscherpte of een hoge ISO-waarde met de zekerheid van veel ruis. Door het raam maakte ik foto’s van leuke momenten buiten. 
Sinterklaas en zijn Pieten werden aan mijn oog onttrokken door de menigte toeschouwers. Maar op het terras van Puuur serveerde een medewerker van deze horecazaak warme chocomel. Door de ruit maakte ik een foto van een paar kinderen die verlekkerd toekeken hoe voor hen een beker warme chocomel werd bereid. Ze waren verkleed als Piet, zoals zoveel kinderen die ik vandaag zag. En hun kleur? Die van chocomel natuurlijk!

Chocomel Pieten.

zondag 2 november 2014

Unheimisch

Het is 25 jaar geleden dat de Berlijnse muur viel. Een jaar later, in oktober 1990, hield de DDR officieel op te bestaan. De staat is 41 jaar oud geworden. De foto die ik hier vandaag toon, maakte ik tien dagen geleden in de Hanzestad Stralsund, gelegen in de ehemalige DDR. We waren daar omdat we het grootste eiland van Duitsland bezochten: Rügen. En de brug naar Rügen begint bij Stralsund. 
Rügen heeft krijtrotskusten, rietkusten, zandstranden, rotsstranden. Het heeft met Jasmund een groot beschermd natuurgebied. Je kunt er wandelen en fietsen door een prachtig natuurlandschap. Ik maakte er mooie landschapsfoto’s, waarbij ik zo nu en dan een NR-filter inzette om met een lange sluitertijd de golfslag in de zee te laten uitvloeien. Die foto’s zijn te zien op de fotowebsite Flickr (klik hier om de foto's te zien). Of bij mij thuis in de hal, waar ik de precies een jaar geleden gemaakte foto’s van de Trollenfjord in Noorwegen heb vervangen door schilderachtige Rügenlandschapjes. 
Ik maakte op Rügen ook foto’s van de vierenhalve kilometer lange ruïne van Prora, een gebouw dat Hitler liet neerzetten om er twintigduizend Rijksgenoten vakantie te kunnen laten vieren. Alles bij elkaar kwam ik met duizend foto’s thuis. Al is dat hoge aantal mede ontstaan door een reeks foto’s van een beweeglijke kraanvogelkolonie naast ons hotel in Rügen, waarvan ik uiteindelijk een paar mooie foto’s overhield. 
De foto die echter het meest tot mijn verbeelding spreekt is die ik hier plaats. Niets op deze foto is namelijk wat het lijkt. Ik maakte deze unheimische opname in het stadje Stralsund. Dat is geen vervallen DDR-stadje, zoals je misschien zou denken bij het zien van deze foto. Als ik me hier om zou draaien en dan een foto zou maken, dan zou je een moderne haven zien met plezierjachten en verderop grote zeeschepen. Je zou een modern museumgebouw zien van Ozeaneum. En als je over de brug bij de haven de stad inloopt, zie je een historische binnenstad met eigentijdse winkels en horeca. 
Op deze foto zie je de achterkanten van pakhuizen en een geparkeerde goederenwagon. En dat verwijsbord naar toiletten hangt niet aan de trein, maar aan een ijzeren afrastering. Want niet alle ijzeren gordijnen zijn verdwenen.

Geen ijzeren gordijn maar wel een onzichtbaar ijzeren hek voor die wagons.

zondag 12 oktober 2014

Geen boomstam

Deze maand is het zes jaar geleden dat ik een Canon PowerShot G10 aanschafte. Voor erbij. De camera past in een jaszak en gaat dus ook mee als mijn spiegelreflexen onhandig groot zijn. Zo heb ik altijd een camera bij de hand en voor straatfotografie is dat wel handig, want momenten laten zich niet plannen. 
Tegenwoordig kunnen de camerafuncties van de smartphones een goed alternatief bieden, maar elke fotograaf weet dat er niks gaat boven een echte camera. Op mijn G10 heb ik controle over sluitertijd, diafragma en ISO-waarde, net zoals op een spiegelreflex kleinbeeldcamera. Het grote voordeel van die instelmogelijkheden is dat je daarmee het licht kunt sturen. Dat kun je met een smartphonecamera niet of nauwelijks. Met mijn G10 maak ik nog elke week foto's. Hoewel Canon inmiddels een G16 in de markt heeft gezet, voldoet mijn oude beestje nog prima voor de doelen waarvoor ik hem in wil zetten. 
De G16 heeft 12,1 megapixels. Mijn G10 heeft er zelfs 14,7. Handig als ik wil croppen. Het nadeel – en daarom heeft Canon ook wat pixels weggegooid – is dat mijn G10 bij hogere ISO-waarden vrijwel onbruikbaar is door de ruis. De sensor van een PowerShot is domweg te klein voor zoveel pixels. 
Op de Canon G16 kun je ISO 12800 instellen, drie stoppen meer dan de ISO 1600 op mijn G10. En met die ISO 1600 krijg ik meer ruis dan beeld. Ik ga zelden hoger dan ISO 200. Desondanks heb ik met deze camera al veel mooie foto's gemaakt, die ik anders niet gemaakt had omdat ik domweg geen camera bij me zou hebben. 
Vandaag maakten we een mooie herfstwandeling door de bossen naar een naburig dorp. Ik had mijn spiegelreflexen thuisgelaten, omdat ik in dit gebied sinds mijn jeugd alle landschapsvarianten al gefotografeerd heb. De PowerShot ging wel mee in een jaszak, voor het geval ik nog verrassend leuke dingen zou zien. 
En warempel. In het bos zag ik een plas water die na de regen van gisteren nog niet door de bodem was opgeslokt. Je kon er met twee voeten naast elkaar in staan en er lag een polsdikke tak ik. Ik hield mijn G10 een vinger dik boven het wateroppervlak en drukte af. 
Ik stond versteld van het resultaat. Het leek alsof er een boomstam in een meertje lag. Mijn ouwetje mag nog een poosje mee. Wat een power shot.

Kabouterboomstam in een meer.

zondag 5 oktober 2014

Hullie

Als ik door Maastricht wandel heb ik meestal een camera bij me. Een vliegende kraai vangt altijd wat, zeggen ze dan. Gisteren was het druk in de stad. Mooi weer, veel volk op straat. De terrasjes zaten vol, er was een demonstratie van dierenvrienden die medelijden hadden met dieren waarop dierproeven worden gedaan. 
De fietsenstallingen puilden uit en als je daar je fiets wilde terugvinden, dan was het even zoeken. Ik had het allemaal op de foto en liep met een voldaan gevoel terug naar de parkeergarage waar onze auto stond. 
We liepen langs de Maas en daar zag ik mensen foto's maken van stadsgezichten met het water op de voorgrond en van rondvaartboten en speedboten die het Maaswater uiteenspleten. Ik fotografeerde nog wat fotograferende mensen en zag toen een meisje voor me een zijwaartse buiging maken. De betekenis ontging me, maar vóór haar zag ik een ander meisje een foto maken met haar smartphone. Ik kaderde in een drukte af. Gek plaatje. 
Pas toen beide meiden giechelend omkeken en hun duim naar me opstaken, besefte ik dat de smartphone niet aan de voorkant maar aan de achterkant een foto had gemaakt. Ik was in een selfie van twee meiden terecht gekomen. Een hullie, zal ik maar maar zeggen, vrij naar een woord uit ons dialect dat 'zij' betekent.

Geen selfie maar een hullie.

zondag 28 september 2014

Langgevelboerderij

Elke dag rijd ik minstens twee keer langs deze plek. Op mijn woon-werkverkeer fiets ik er aan voorbij en als ik voor andere gelegenheden ons dorp uit moet, gaat mijn blik ook altijd even naar deze plek waar vroeger een oude boerderij stond. Telkens wil ik er dan een foto van maken, maar telkens komt het er niet van. 
Hoewel ik in mijn fietstas altijd mijn Canon PowerShot G10 meeneem, gun ik me geen tijd om te stoppen. Voor mijn gevoel hoort het woon-werkverkeer bij het werk en fotograferen is mijn hobby. Als ik er op andere momenten langs kom, ben ik meestal bezig om een afspraak te halen. 
Veel is er in het voorbijgaan trouwens niet te zien, want er staat een afrastering van bouwhekken omheen en op het gaaswerk is vrijwel ondoorzichtig groen doek bevestigd dat de plek grotendeels aan het oog onttrekt. Maar mischien is het juist daarom wel spannender. Intrigerend. 
Vandaag maakten we tijdens het mooist denkbare nazomerweer een wandeling door de velden rond ons dorp. Ik had mijn Canon EOS 6D meegenomen en op weg naar huis kwamen weer langs deze plek. Nu had ik hobbytijd. Ik vond in de omheining twee uit elkaar wijkende palen waar de lens van mijn camera precies doorheen kon. Eindelijk had ik de foto's die ik al het hele jaar wilde maken. 
Wat op deze foto staat zijn de restanten van een langgevelboerderij die hier 110 jaar lang heeft gestaan. De huidige eigenaar wil de boerderij herbouwen met de zorgvuldig bewaarde sloopmaterialen van de originele boerderij en aan de hand van de oorspronkelijke bouwtekening. 
Misschien was de drang om deze foto te maken wel versterkt door het uitstapje van de heemkundekring dat we gisteren maakten. Elk jaar gaan we naar een stad met een rijke historie. Gisteren was dat Dordrecht. Ik maakte er 256 foto's, waarvan ik er 75 overhoud die ik aan de heemkundekring lever. 
Eén foto zit daar niet bij. Die plaatste ik gisteren op facebook, maar dat was een op straat gefotografeerde schaars geklede paaldanseres die niet veel met geschiedenis te maken had. 
Op de foto die ik hier vandaag plaats krijg ik waarschijnlijk minder reacties.

Die paaldanseres op mijn facebook levert meer reacties op, vermoed ik.

zondag 14 september 2014

Vrijheid

We brachten dit weekend door in ons recreatiehuis in de Ardennen. Ver weg van alle drukte, zoals de jaarmarkt in ons dorp en de herdenking van operatie Market Garden met vierhonderd militaire voertuigen die er de weg nog kenden van zeventig jaar geleden. Op de heenweg naar Somme-Leuze legden we even aan in Maastricht. We hebben er wat gewinkeld en geluncht. 
In de parkeergarage vroeg een oudere Duitse dame ons de weg naar het centrum. Ik moest denken aan een conference van Koot & Bie en de verleiding was groot om haar de verkeerde kant op te wijzen met een 'do ist das Zentrum'. Koot beschouwde het als een verzetsdaad om een Duitser die naar het station zocht met een 'do ist der Bahnhof' de verkeerde richting in te sturen. Maar de oorlog is nu zeventig jaar geleden, dus waarom zouden we deze dame nog plagen. We zijn zelfs nog een stukje met haar opgelopen, omdat wij ook het centrum in wilden. 
Op de terugweg naar de auto bleek de oorlog plotseling toch nog niet uit ieders geheugen gewist. Een colonne oude legervoertuigen kruiste ons pad en het publiek stond er rijen dik naar te kijken. Goed. Geen Market Garden, maar ook Maastricht is dus bevrijd van de Duitsers, al zou je dat niet altijd zeggen. Ik maakte enkele foto's, maar veel meer dan al die andere fotografen langs de route heb ik niet gemaakt. 
Aanvankelijk sprak me de foto die ik hier toon ook niet echt aan. Tot ik er een heleboel symboliek in zag. Die militaire wagens die daar rijden, hebben ertoe bijgedragen dat ik nu vrij ben om op de openbare weg te fotograferen. Zonder censuur. Al die mensen die daar lopen, kiezen in volledige vrijheid hun weg. En dat jongetje links onder in beeld heeft voor mij ook betekenis. 
Met moderne fototechnieken had ik hem erin kunnen plakken, als hij daar niet echt gelopen had. De werkelijkheid is steeds gemakkelijker te manipuleren. Maar hij was er wel degelijk, spontaan in mijn richting rennend. Pas toen hij me in de gaten kreeg trok hij een ander jongetje van de stoep en samen gingen ze gekke bekken trekken, rare houdingen aannemen en meer van die ongein die mensen tegenwoordig uithalen als ze een camera zien. De moderne tijd, net wat U zegt. 
Om het normale openbare leven te kunnen vastleggen, moet je als fotograaf tegenwoordig geluk hebben. Maar ja, dit jongetje is ook vrij om te doen wat hij leuk vindt.

De vrijheid in beeld.

zondag 7 september 2014

Onzichtbaar

Deze maand is in Keulen weer de tweejaarlijkse Photokina. Het is zo niet de grootste, dan toch met die van Amerika en Japan één van de grootste en meest toonaangevende fotobeurzen ter wereld. Hier presenteren de fabrikanten van camera's, fotoprinters en toebehoren hun nieuwste producten. Ik ben benieuwd of er weer verrassende producten bij zijn en ik ben vast van plan om er weer te gaan kijken. 
Algemeen wordt verwacht dat de camerabouwers het in de toekomst moeilijk krijgen. Het grote publiek is tevreden met de fotofuncties op mobieltjes. Waar vakantiegangers en familiekiekjesmakers vroeger nog wel eens een spiegelreflexje kochten, staat die markt nu zwaar onder druk. Want wie de spiegelreflexcamera bij gebrek aan kennis van fotografie enkel op de automaat gebruikt, heeft weinig profijt van de investering. 
Voor de camerabouwers is die markt echter belangrijk, want ze kunnen er een groot deel van hun investeringen voor het ontwikkelen van nieuwe producten terugverdienen. En voor fotografen blijven de betere camera's belangrijk, omdat ze veel technische mogelijkheden hebben die niet worden geleverd op een smartphone. 
De grotere sensor van de spiegelreflex zal altijd de kwaliteit overtreffen van de kleine smartphonesensoren. En al bieden smartphoneleveranciers al voorzetlensjes om tele-objectieven concurrentie aan te doen, de kwaliteit zal altijd minder zijn. 
Toen ik aan het einde van de middag door de Mariapeel wandelde om er in prachtig licht natuurfoto's te maken, was ik blij met mijn Canon Eos 6D. Met een mobieltje had ik nooit gemaakt wat ik nu in mijn fotoarchief kan opslaan. 
Zelfs toen ik na gedane arbeid op het terras van de Koning Willem III-hoeve achter een ijscoupe zat, was ik blij met mijn spiegelreflex. Ik maakte deze foto en wist zeker dat me dat met mijn iPhone niet gelukt was. Ik heb daarmee veel te weinig controle over de opname, die ik in een fractie van een seconde maakte. En kijk eens wat er allemaal op deze foto gebeurt: de man rechts in beeld eet een ijsje, een meisje tilt haar hond op, die hond plooit zich precies om het hoofd van haar vader die zijn mobieltje raadpleegt, en haar broertje - denk ik - bekijkt... eh, wat eigenlijk? 
Is het de eerste onzichtbare camera die nog op de Photokina gepresenteerd moet worden?

Heeft die jongen links de eerste onzichtbare camera bemachtigd?

vrijdag 22 augustus 2014

Le Louvre-Lens

We bezochten vandaag de eind 2012 geopende uitbreiding van het museum het Louvre in de Noord-Franse stad Lens. Van een dependance mag je niet spreken, omdat het een volwaardig, zelfstandig museum is. Maar het draagt wel de naam Le Louvre-Lens en het toont op een eigentijdse wijze werken uit de collectie van het Louvre, waarvoor in Parijs geen plaats is. 
Via een draagbaar multimedia-apparaat kregen we op een koptelefoon in het Nederlands uitleg bij het getoonde werk. We konden een nummer intoetsen dat correspondeerde met het nummer bij het kunstwerk en kregen dan te horen wat de betekenis was van het schilderij of beeld waar we naar keken. Buitengewoon interessant, want een deel van de symboliek van de kunstwerken zou ons anders zijn ontgaan. 
De tijdlijn begon 3500 jaar voor Christus en eindigde in de negentiende eeuw. Zo zagen we de opkomst en ondergang van de Egyptische cultuur, de Griekse, de Etruskische en de Romeinse cultuur en we keken naar Islamitische en Christelijke kunst. Ik heb niet de verwachting dat een foto die ik gisteren maakte nog ooit in deze collectie belandt. Maar in de elfde eeuwse kapittelkerk Saint Pierre in het stadje Aire-sur-la-Lys fotografeerde ik een hoek die me heel erg aan een ondergang van de roomskatholieke kerk doet denken. 
Heeft de Kerk ons nog iets te vertellen 2014 jaar na Christus? Het katheder voor het altaar waar de priester behoort te preken is leeg. Een microfoon om het volk toe te spreken ontbreekt, maar die is ook niet nodig als er niets meer te zeggen is. Er zijn trouwens geen gelovigen om te luisteren. Alle stoelen zijn leeg. Achter, tegen de muur, zie je op deze foto de lege lijsten van kruiswegstaties. Het verhaal van de lijdensweg van Christus wordt hier niet meer uitgebeeld. 
Gelukkig zag ik vandaag in het Louvre dat er na iedere eindtijd een nieuwe start is. Maar daar heb ik nog geen foto's van.

Van een nieuwe start heb ik nog geen foto's.

woensdag 20 augustus 2014

Ring

Er zijn fotografen die zich principieel verzetten tegen het aansnijden van foto's. Wat je in het kader ziet is voor hen de enige echte foto. Maar dan vergeten ze, dat het maken van een foto al begint met aansnijden. Want elk beeld komt rond in de camera. Immers, het objectief is rond, het diafragma is rond en dus is het beeld dat er doorheen valt ook rond. 
De foto wordt rechthoekig door de vorm van de sensor of het negatief waarop het beeld wordt vastgelegd. Veel lichtbundels die door de lens de camera binnen komen, gaan verloren omdat ze naast de sensor of het negatief vallen. Dat is niet erg trouwens, want de randen van de lenzen slijpen het beeld toch al niet scherp. Het beste van de foto zit in het midden en dat is de uiteindelijke opname. 
Vanmiddag fotografeerde ik in Luik door een cirkel, die ik verder niet verknipt heb omdat dan de essentie van het beeld verloren gaat. Her en der in het centrum van de stad staan grote metalen ringen aan de grond gemonteerd. Ik zag door zo'n ring een kindje in de kinderwagen en besefte dat je niet vaak een rond kader voor een foto ziet. Ik had deze foto gemaakt willen hebben, toen onze fotoclub enkele jaren geleden voor een expositie het thema 'rond' had gekozen. 
Geen idee trouwens waar die ring voor dient. Hij lijkt me in elk geval wat te groot om als bijtring te dienen voor dat kindje.

Te groot voor een bijtring.

zondag 17 augustus 2014

Stunten

Ieder zijn hobby, heb ik hier al eens vaker opgemerkt. Vanmiddag fotografeerde ik in Durbuy een ontmoeting van motorrijders. De motards gingen niet alleen gezellig op het terras zitten, maar ze voerden samen ook enkele proeven uit op hun motoren. Ik kon me daarbij lekker uitleven in mijn fotohobby. 
Glimmende motoren, exentriekelingen met hanenkammen op hun helmen en tussen hun tatoeages nog amper blanke huid, mannen met snorren en vele zwarte lederen pakken. Ze kwamen niet om te racen, maar om elkaar uit te dagen juist het langzaamst een parcours af te leggen. Dat was pure behendigheid op de motor; voorzichtig remmen, weinig gas en balanceren. 
Voor mij ook wel prettig. Ik hoefde me geen zorgen te maken over te lange of juist te korte sluitertijden. De uitdaging zocht ik in bijzondere perspectieven. Met de camera vanaf de grond omhoog gericht, zien die motoren er zeer indrukwekkend uit. 
Aan het einde van de middag zocht een zijspanrijder voor zichzelf nog even een uitdaging en zadelde mij daarmee ook op met een uitdaging. Hij zette zijn driewieler op twee wielen en reed enkele tientallen meters met het zijspan in de lucht. Ik zag het gebeuren, moest snel mijn camerainstellingen aanpassen en was nog juist op tijd klaar. Hij had de landing al ingezet toen ik deze foto maakte. Hebben we toch mooi allebei gestunt.

Hebben we samen toch mooi gestunt.

maandag 11 augustus 2014

De grens

Op ons kantoor mag niet gerookt worden. De straffe rokers onder ons wijken dus uit naar buiten. 
Roken is dodelijk staat er op de sigarettenpakjes. Als het niet van de nicotine en andere tabaksrotzooi is, dan is het deze zomer wel van de huidkanker. Want de zomerzon dreigt heel wat rokershuiden te verbranden. 
Toch is in deze overwegend zonnige zomer de buiigheid soms spelbreker. Voor fietsers, voor terrasjespikkers en ook voor rokers. Levensreddende buien, zou je denken. Want de zon brandt geen huidkanker in je lijf en omdat je binnen niet mag roken scheelt dat allicht een paar sigaretten. 
Zou je denken... Maar mijn collega's zijn creatieve rokers. Ze zoeken de grens op van buiten kunnen roken en binnen niet mogen roken. Een collega maakte me er op attent, dat onze rokers naar binnen vluchtten voor een stortbui. Dat ging zo snel dat ik net te laat kwam met mijn Canon Powershot G10, die ik altijd binnen handbereik heb voor verrassende momenten. 
Ik was niet op tijd voor hét moment – The Decisive Moment – maar kon wel vastleggen hoe een collega met opgestoken paraplu stond te genieten van een opgestoken sigaret.

Opgestoken sigaret onder opgestoken paraplu.

zondag 27 juli 2014

Stroming

Het was lekker wandelweer en dus trokken we er gisteren op uit in een mooi bosgebied ten noorden van Saint-Hubert. Ik kende al delen van dit Bois de Grune in de Ardennen door eerdere wandelingen die we er maakten. Omdat het licht mooi zacht was, wilde ik er een foto maken van een snelstromend beekje dat ik wist te liggen  Ik had het eindresultaat al min of meer voor ogen en had dus de materiaalkeuze al op voorhand gemaakt. Jazeker, er ging ook een statief mee. 
Om de sfeer van het bos en het beekje goed te treffen, koos ik voor een lange sluitertijd. Het snelstromend water zou dan uitvloeien en vervagen en er zou een zachte glans op komen liggen. Geen opspattend water en harde contouren van rimpelingen en golven. Daarvoor leende zich deze scène niet. Ik wilde een elastisch wateroppervlak. De ISO ging op 100 (voor de details), het diafragma op f/16 (voor de scherptediepte) en de sluitertijd op 2 seconden (voor die beoogde onscherpte van het wateropvlak). Het resultaat stemde me tevreden. 
Ik was vandaag op tijd thuis om nog snel even een bezoek te brengen aan de expositie die fotoclublid Jan Huijbers dit weekend hield met twee andere kunstenaars. De natuur- en landschapsfoto's van Jan vormden een harmonieus geheel met de schilderijen van Henk van Eck en het keramiek van Hennie van den Hurk. Jan had er onder meer een landschapsfoto hangen van een waterval, gemaakt met een lange sluitertijd. 
"Daar kreeg ik commentaar op van leden van een andere fotoclub", vertelde hij me. Lange sluitertijden zijn uit, hadden ze Jan verteld. Old-school, not done, history. Als je bij de tijd wilt blijven, fotografeer je geen watervallen meer met lange sluitertijden. "Maar ik trek me er niks van aan", zei Jan. "Ik maak foto's zoals ik ze zelf mooi vindt." Goed zo Jan. 
Als ik ergens een hekel aan heb zijn het de dogma's van fotohobbyisten die anderen de les willen lezen. Ik vind het prima dat fotografen wegen voor vernieuwing zoeken; dat ze oude tradities verlaten om nieuwe vormen in de fotografie te vinden. Maar als ze de mooie foto van Jan veroordelen tot iets ouderwets en daarmee naar de prullenbak verwijzen, hebben die fotoclubleden weinig begrepen van de keuzes die je in de fotografie kunt maken. 
Jan bereikte door zijn keuze van de lange sluitertijd het beeld van een mooi uitstromende waterval in het landschap. Een 'bevroren' waterval met scherpe waterspatten zou hier niet gewerkt hebben. Jan liet zich niet uit het veld slaan door een zelfbenoemde stroming in de kringen van amateurfotograferen, die willen afrekenen met deze techniek. 
Ik gun ze hun spielerei. Ikzelf heb me nooit laten vangen in een strak gedefinieerde stroming in de fotografie. De enige stroming waar ik me wel bij voel is die van dit beekje. Met lange sluitertijd.

Stroming in de fotografie.

maandag 21 juli 2014

Hommels

Het was de afgelopen dagen te warm om met een camera over straat te sjouwen, vond ik. Dus de straatfotograaf in mij verzaakte. Bovendien had ik mezelf huisarrest opgelegd om in een paar dagen het fotobewerkingsprogramma Lightroom volledig onder de knie te krijgen. Ik was een Aperture-adept, maar er waren een paar redenen om de sprong naar Adobe te maken. 
Aperture was er eerder dan Lightroom. Ik had altijd het gevoel dat Adobe met zijn superieure Photoshop-ervaring het programma van Apple had nagebouwd. Jatwerk dus. Mijn sympathie lag dus bij Aperture. Maar Adobe ging met al zijn kennis van Photoshop links en rechts aan Aperture voorbij. Ik bleef Aperture trouw, want het werkte zeer efficiënt. Maar ik miste wel enkele tooltjes. 
Vooral in zijn mogelijkheden om foto's af te drukken schoot het programma tekort. En met de alleskunner Epson Stylus Pro 3880 op mijn bureau greep ik dan wel eens mis. Lightroom bood die voorzieningen wel, had ik al in youtube-filmpjes gezien. Bovendien miste ik een paar correctietooltjes in Aperture. Horizon rechtzetten en croppen ging prima. Maar perspectieffoutjes herstellen kon Aperture 3 niet en Lightroom 5 wel. 
Ik hoopte stilletjes dat Aperture 4 de oplossingen zou bieden. Maar vorige maand kwam Apple met het bericht dat er geen Aperture 4 komt. Ze hebben iets nieuws uitgedokterd om in de cloud foto's op te slaan. Ik ben benieuwd, maar ik zit er niet echt op te wachten. 
Ik downloadde een proefversie van Lightroom, ging er mee aan de slag en zag vooralsnog alleen maar de voordelen van Aperture. Maar na enkele uren studie had ik alles ontdekt wat Aperture me bood en nog veel meer. Ik zette een archiefsysteem op en kocht een licentie. Nu werk ik in Lightroom. 
Op een warme dag in de tuin fotografeerde ik met een macro-objectief hommels. Liefst vliegend, maar het viel niet mee om ze in de scherpte te houden. Ik haalde mijn foto's door Lightroom en voegde er in het printprogramma vier samen tot één jpeg. Nu heb ik hommels uit eigen tuin. Heerlijk.

Hommels uit eigen tuin.

zondag 6 juli 2014

Alden Biesen

Als Nederlanders als één volk opstaan, zoals met Koningsdag of tijdens een bevrijdingsfeest of nu met het WK-voetbal, dan zeg ik altijd quasi-mopperend dat ik niet mee doe. Ons kleine dappere dorpje is namelijk al ruim tweehonderd jaar bezet gebied. Wij waren geen Hollanders en geen Brabanders. Wij waren inwoners van een Vrije Heerlijkheid onder bestuur van de Duitse Ridders. 
Onze bazen woonden op het kasteel en hun bazen woonden in Alden Biesen wat bij het tegenwoordig Belgische Bilzen ligt. Zo af en toe bezoeken we dat prachtige kasteel. Vandaag waren we er weer. 
We werden er verrast door de Land- & Tuinbouwdag die veel publiek trok. Op de parkeerplaats waar we anders onze auto parkeren, stonden nu tractoren en landbouwwerktuigen. In de tuinen van het kasteel gaven paarden allerlei dressuurdemonstraties en een paar hectare weiland stond à drie euro per stuk vol auto's. De entree tot het complex, dat anders gratis te bezoeken is, bedroeg negen euro per persoon. Daar stond tegenover dat een mooie expositie in het kasteel die normaal zeven euro per persoon kost nu gratis was. 
Deze middag leverde me een mooie serie foto's op en dus waren de onverwachte kosten van dit kasteelbezoek me meer dan waard. Bij veel kraampjes kon je eten en drinken krijgen en de terrasjes zaten vol. Maar omdat wij hier vaker komen, wisten we ook waar we het restaurant binnen konden en daar was zowaar nog plaats om te lunchen. Toen het begon te regenen zaten wij lekker droog en maakte ik door een ruit foto's van mensen die à negen euro per persoon zo te zien minder genoten dan wij.

... en wij zaten droog

donderdag 3 juli 2014

Concert

Er zijn gespecialiseerde concertfotografen. Ze weten al bij het betreden van de zaal hoe ze hun camera in moeten stellen om de actie op het podium in snel wisselende spotlights optimaal te kunnen vastleggen. Een Nederlandse fotograaf die daarin grote faam verwierf is natuurlijk Anton Corbijn die niet van de zijde week van Bono en zijn Ierse formatie U2. 
Er zijn ook mindere goden dan Corbijn die zich de beperkingen laten opleggen van een aangewezen vierkante meter waarop ze hun werk moeten doen, van het afgemeten aantal nummers dat ze mogen vastleggen en van de nukken van de artiesten die zich soms onder invloed van drugs en alcohol menen alles te kunnen permiteren. 
Zelf heb ik nooit veel op gehad met muziek en popmuziek in het bijzonder. Op de lagere school maande de meester me tijdens een klassikale samenzang al om mijn mond te houden. In een volle carnavalszaal zei een meisje ooit tegen me: je klapt uit de maat. En toen me als puber ooit werd gevraagd van welk band ik fan was, antwoordde ik: Pink Floyd. Alleen maar omdat geen antwoord geven in dat gezelschap geen optie was, en omdat ik die naam kort daarvoor toevallig had opgevangen. Ik had geen idee wat of wie Pink Floyd was, maar ik kwam er toen mee weg. 
De enige concertfotografie waar ik me ooit mee heb ingelaten was een serie opnamen tijdens de Kasteeltuinconcerten in Helmond. Het was in 2009 en ik was er zeer tevreden over. Morgenavond begint de veertiende reeks Kasteeltuinconcerten in de historie van Helmond. En ik had als fotograaf vandaag al de primeur. De jongens staan niet eens op het programma en het was een no-budgetoptreden. Maar als je met een gitaar en een mondharmonica op de stenen muur van de brug over de kasteelgracht een openbaar nummertje weggeeft, mag dat van mij een kasteeltuinconcert heten. 
Ik stond vooraan en ik was de enige fotograaf. Deze jongens zijn mijn Bono's.

Dit zijn mijn Bono's.


zaterdag 21 juni 2014

Processie

Het is vele jaren geleden dat ik nog eens de processie van Valkenswaard naar Handel aan me voorbij zag trekken. Meestal ben ik het dorp uit in het derde weekend van juni. Ik had er in elk geval nog nooit foto's van gemaakt. Maar op deze zaterdag was ik thuis en dus nam ik mijn camera mee naar het centrum. 
Iemand wist dat de processie precies om vijf voor half drie op het Ridderplein zou arriveren en dat bleek op de minuut nauwkeurig te kloppen. Ik maakte foto's van de vaandeldragers die voorop liepen. Ik maakte foto's van een paar kloosterzusters die dapper doorstapten. Ik maakte foto's van massa's wandelaars die dwars over het Ridderplein de weg afsneden. 
De mooiste foto's vind ik toch die van de details. Dat er veertienhonderd wandelaars langs me heen liepen neem ik graag voor kennisgeving aan. Statistieken zijn altijd handig. Maar ik ben toch blij dat ik deze foto maakte van een wandelaarster die moederziel alleen op een muurtje is gaan zitten om even bij te komen van de inspanningen. Nog vier kilometer naar Handel. De laatste loodjes. Ze haalt het, weet een medeprocessiegangster. Al jaren. 
Ik had me voor de processie arriveerde afgevraagd waarvoor die emmers dienden, die de organisatie op het Ridderplein had uitgestald. Eruit drinken leek me niet de bedoeling, al heb ik nu wel gezien dat paarden – die de huifkarren trokken – emmers water leegslobberden. De lopers tapten hun flessen vol bij kranen die door Brabant Water speciaal voor dit doel op het Ridderplein waren geïnstalleerd. Die emmers water bleken niet alleen een uitkomst voor de paarden, maar ook voor vermoeide voeten. Al zullen de paarden zich afgevraagd hebben waarom deze wandelaarster zich niet omkeerde en haar voeten in de kasteelgracht pal achter haar doopte. Dat scheelde toch weer een slok op een emmer.

Dat scheelt een slok op een emmer.

maandag 16 juni 2014

Fluitend

Het was een vluchtelingenkamp in een bosrand bij de grens. Om deze mensen niet in gevaar te brengen, zal ik niet zeggen waar het was. Ik hoorde een fluitend geluid boven onze hoofden, vrijwel direct gevolgd door een explosie. Ik keek om en maakte in dezelfde beweging deze foto van een granaatinslag in het kamp. Als ik deze plaat instuur voor de World Press Photo zal ik erbij zetten waar dit was. 
Of heeft U geen geduld en wilt U het nu weten? Dan moet ik U bekennen dat mijn fantasie even op hol sloeg. Dit is geen vluchtelingenkamp en deze mensen zijn niet in gevaar. Als ik al een fluitend geluid hoorde, dan was het van de vogeltjes in de bomen. Het geluid van die explosie was er ook niet. Het was misschien de klap van een dichtgegooide autodeur. Wat deze foto dan wel toont? 
Het was een barbecue in de bosrand van het recreatiegebied Chevetogne in Wallonië, België. Het was tijdens ons familieweekend, afgelopen zaterdagmiddag. En het was er gezellig. Wij picknickten met de familie. Zij uit Kroatië hadden een barbecue. We deelden onze salades met onze buren en van de Kroaten kregen wij warme hapjes. 
Om een foto goed te kunnen beoordelen moet je de context kennen. Ooit zag ik een foto die gemaakt was tijdens de Praagse lente. Rond een Russische tank stonden mannen met geheven vuisten. In de Pravda luidde het onderschrift: enthousiaste Praagse menigte verwelkomt onze mannen. In de Westerse kranten luidde het onderschrift: woedende menigte bestormt Russische tank in Praag. Een foto vertelt de waarheid die je wilt geloven.
Ik waag me niet in een gebied met inslaande granaten. Ik eet liever een warme hap van een Kroatische barbecue. Ook al zal ik daarmee nooit een World Press Photo scoren.

Oorlog of vrede?

zondag 1 juni 2014

Geknipt

Straatfotografie is vaak een kwestie van snel reageren. Soms zie je hét moment aankomen. Soms gebeurt hét zonder waarschuwing vooraf en duurt hét net lang genoeg om er je camera op te richten. 
Op een zonnige dag als vandaag is het dan lastig om de juiste instellingen te kiezen voor sluitertijd, diafragma en iso-waarde. Want als de actie zich deels in de volle zon en deels in de schaduw afspeelt, moet de sensor een behoorlijk contrast tussen licht en donker overbruggen. Als je met een handmatig ingestelde camera net een foto in de schaduw hebt gemaakt, moet je vaak behoorlijk snel instellingen veranderen om een geslaagde foto in de volle zon te maken. 
Op zulke momenten zet ik mijn camera meestal op diafragma-voorkeuze met een f/8-opening voor een redelijke scherptediepte. De iso-waarde staat dan op 400 waarbij je in de schaduw nog een behoorlijk snelle sluitertijd hebt en in de volle zon een heel erg korte voor bevroren bewegingen. 
Met die instellingen op mijn camera spiedde ik vanmiddag in Durby naar leuke momenten. Uit mijn ooghoek zag ik een vrouw door haar knieën gaan om een foto te maken. Ik richtte mijn camera en drukte af. Een tweede kans was er niet, want toen was het moment alweer voorbij. 
Het was eigenlijk best een grappige foto. De scène had schaduw- en zonlichtpartijen, maar de belichting zat dankzij mijn vooraf gekozen instellingen wel snor. Wat had ik eigenlijk gefotografeerd? Maakte deze dame een selfie in de reflectie van een ruit? Want selfies zijn een rage. Liefst in een rare houding. Misschien gaat ze daarom wel door de knieën. 
Of maakte ze een groepsfotootje met de twee dames naast haar? De oude dame spant zich zo te zien in om te kijken wat de fotografe ziet. De andere dame ziet vlak voor ze op de foto gaat, dat ze eigenlijk nog naar de kapper had gemoeten. 
Niet meer nodig. Ik heb haar geknipt.

Ik heb haar geknipt.

vrijdag 30 mei 2014

Steegje

De man kende ik van zien. Want dorpsgenoten herken je, ook al kun je er niet direct een naam opplakken. Hij gebaarde in het voorbijfietsen dat hij niet op de foto wilde en riep ook nog zoiets. Dat soort verzoeken respecteer ik doorgaans, ook al zou ik voor de rechter sterk staan als hij zich tegen publicatie van de foto zou verzetten. 
Bij fotograferen op de openbare weg is veel toegestaan. Iemand die tegen zijn zin op de foto gaat moet kunnen aantonen dat hij daar schade van ondervindt. Dat kan financieel zijn, zoals een bekende Nederlander die geld ontvangt voor merchandising, maar dat kan ook sociaal zijn, bijvoorbeeld omdat hij erg kwetsbaar is. Die schade aantonen valt niet mee. Wie niet op de foto wil, kan maar het beste uit de buurt van camera's blijven. 
Gelukkig stapte de man van zijn fiets om verhaal te halen. Dat gaf mij de kans om uit te leggen waar ik mee bezig was. Met elkaar spraken we in ons plaatselijk dialect. Dat schept al direct een band. Ik vertelde dat onze fotoclub op eerste en tweede pinksterdag een expositie houdt tijdens de Open Atelier Route in ons dorp en dat ik daarvoor een foto maakte in de categorie 'documentaire fotografie'. We leveren voor die categorie met vier clubleden ieder een foto en we hadden afgesproken dat we daarvoor gangen en steegjes in beeld brengen. 
De man had ik gefotografeerd toen hij me in een smal steegje tegemoet kwam gefietst en toen ik de foto op de display van de camera liet zien, liet hij zijn bezwaren varen. Ik moest hem zelfs waarschuwen dat de foto niet met zekerheid gekozen zou worden voor de expositie. 
Intussen weet ik dat het een andere plaat wordt. Verderop fotografeerde ik even later een jongen die zijn hond uitliet. Ik maakte een serietje en hij vond het prima. Na een paar terugtrekkende bewegingen stemde ook de hond ermee in. De foto die ik voor de expositie koos hou ik nog even achter. U komt volgende week maar kijken op Kerkstraat 21. 
Uit de serie koos ik deze om hier op mijn blog te publiceren. Na zijn aanvankelijke schroom kwam de hond zelfs smeken om op de foto te mogen. In dat opzicht was hij zijn baasje zelfs de baas.

Zijn baasje de baas.

zondag 25 mei 2014

Lelijk eendje

Rare jongens, die Fransen. Volgens die lui is een eend net zo sterk als twee paarden. Ze noemen een Citroën die voor het eerst op de markt kwam deux chevaux, vertaald: twee paarden. Eigenlijk moet het zijn deux chevaux vapeur, twee paardenkracht oftewel 2 pk. Maar met hun Franse slag werd het dus zegge deux chevaux, schrijve 2CV. 
Hier in Nederland was het in 1948 voor het eerst op de markt gebrachte autootje niet bepaald een verkoophit. Het waggelende geval met zijn onaantrekkelijke vorm kreeg bij ons de naam lelijk eendje. 
Van auto's ontwerpen en bouwen heb ik geen verstand. Toch creëerde ik vanmiddag mijn eigen lelijk eendje. We wandelden langs het kasteel in ons dorp dat er momenteel onbewoond en door god en alle bezoekers verlaten bij staat. Het enige leven dat nog in de kasteeltuin en kasteelgracht zit komt van eekhoorntjes, vogels en andere kleine wilde dieren. 
De eenden bijvoorbeeld hebben er vrij spel. Ik zag er vanmiddag eentje die uitbundig aan het baden was. Het eendje dook onder water om even later klapwiekend op het wateroppervlak te gaan staan. Ik had mijn Canon 6D om hangen, omdat ik bij het Boerenbondsmuseum het schapenscheren wilde gaan fotograferen. Maar ik had hem schietklaar, dus in het voorbijgaan pikte ik het eendje mee. 
Hoewel de zon scheen was het donker onder de bomen en moest ik een tamelijk lange sluitertijd kiezen. Door de bewegingsonscherpte kwam het fladderende dier behoorlijk vervormd op de foto. Toch vind ik de foto van dit lelijke eendje zelfs nog mooier dan die van het schapenscheren die ik later deze middag maakte. Die foto's waren wel scherp maar toch wollig.

Een lelijke eend maar niet wollig.

zondag 18 mei 2014

De rode punt

Van achter een glas rode wijn zat ik op het terras van het restaurant te kijken naar een stel golfers. Ze gaven het zoeken naar een balletje in het riet op. Balletjes genoeg denk ik, want even later zag ik dat het nog niet meevalt om zo'n klein golfballetje op een strakke grasmat in een kuiltje te tikken. Ik geloof dat ze dat in deze golfwereld 'putten' noemen. Ik vermaakte me wel met dat geklungel, maar besefte tegelijkertijd dat ik er zelf ook niks van zou bakken. 
Mijn vrouw en ik zijn geen golfers. We waren alleen maar hier om van de mooie omgeving te genieten. Ik maak in dit landschap bij elk bezoekje meestal wel een paar leuke foto's. Want niet golf maar fotografie is mijn hobby. Ik maakte vandaag geen toppertjes. Het kan niet alle dagen prijs zijn. Maar toen ik de foto's op mijn MacBook had geladen, zag ik er eentje tussen zitten waarin me iets opviel.
Ik had een foto van een golfster gemaakt, omdat ze in het mooie decor van een glooiend landschap stond. Allerlei tinten groen zaten er in. En toen vielen me twee rode streepjes op, precies op de belangrijke kruislijnen op eenderde en tweederde links achter de vrouw. 
De verleiding was groot om ze weg te retoucheren, maar ze maakten wel deel uit van het landschap en ze markeerden waarschijnlijk een plek die in het golfspel van belang was. Bovendien herinnerde ik me, dat iemand ooit gezegd had dat een rode punt of een rood elementje in een foto — hoe klein ook — het beeld aantrekkelijker maakt. 
Ik ging op internet op zoek naar Der Rote Punkt, The Red Point, Le Point Rouge, De Rode Punt. Ik kreeg veel treffers over rode puntjes in foto's die ontstaan door pixelfouten en rode ogen. Maar slechts een paar artikelen op het wereldwijde web gingen over de rode punt die ik bedoelde. En telkens stond er niet meer dan dat de leermeester van de fotograaf had gezegd, dat een rode punt in een foto het beeld interessant kon maken. 
Een artikel over kleurgebruik in de reclame bracht me nog het verst. Rood werkt sterk op emotie van mensen, las ik. Ik citeer: "Het is de kleur van de liefde, van opwinding, kracht, seks en passie. Maar ook van agressie. In de reclame zegt het iets over lef hebben en wordt het gebruikt in accenten. Omdat rood ook de kleur is van het hebben van schulden, doe je er goed aan om over het gebruik van deze kleur goed na te denken. Emotioneel gezien is het de meest intense kleur: rood doet de hartslag en ademhaling versnellen." 
Vooruit dan maar. Ik heb die rode streepjes in de foto laten zitten. Van golf heb ik geen verstand en van foto's maken weet ik ook niet alles. Ik schenk mezelf nog maar eens een glas rode wijn in en maak daar verder geen punt van.

Ik maak geen punt van die rode streepjes.

zondag 4 mei 2014

Dodenherdenking

In de hal van het gemeentehuis van Eindhoven zag ik ooit een gedenksteen aan de wand. 'Gevallen' las ik en daaronder vier namen. Het leek me wat overdreven om een gedenksteen te wijden aan mensen die in de hal van de trap zijn gevallen of zijn uitgegleden op de gladde tegelvloer. Maar daarvoor is die plaat ook niet. Uit een toelichting bij de namen blijkt dat het oorlogsslachtoffers zijn.
Ik moest er vandaag aan denken. In Nederland is het op 4 mei dodenherdenking. De plaatsen waar mensen bijeenkomen voor twee minuten stilte zijn meestal herdenkingsmonumenten die er staan voor álle oorlogsslachtoffers. 
In België kennen ze gedenkstenen waarop ze één enkele soldaat herdenken op de plek waar die gesneuveld is. In het dorpje Somme-Leuze in de Ardennen weet ik er een paar te staan. Bijvoorbeeld op een straathoek, niet eens een doorgaande weg, waarvan je je afvraagt wat het strategisch belang is geweest om daar je leven voor te geven. 
Omdat het vandaag de dag is om even stil te staan bij de oorlogsslachtoffers onderbrak ik mijn wandeling. Hier ligt Joseph Solheid, gevallen op 8 september 1944. Is dat zijn schaduw die er nog ligt? Zoals een krijttekening van een slachtoffer op plaats delict in een crimi? 
Nee natuurlijk niet. Ik heb de pose zorgvuldig uitgekiend, zodat niet te zien is dat de schaduw van de fotograaf is.
Deze schaduw is dus van mij toen ik even stilstond bij een oorlogsslachtoffer.  En in mijn hoofd speelde: 'I hope you died well and I hope you died clean' (uit het lied The Green Fields of France, waarin een wandelaar even uitrust bij het graf van een gesneuvelde soldaat).

...'I hope you died well and I hope you died clean'...

zondag 27 april 2014

Publiek

Noem het historische optocht. Noem het boerenoptocht. De benamingen worden in Gemert door elkaar gebruikt en ze vertellen allebei iets over de inhoud van de stoet. 
Duizenden toeschouwers zagen vrouwen op een platte wagen de was doen. Zoals dat vroeger gebeurde in een plattelandsgezin. Vandaar historische optocht. Duizenden toeschouwers zagen ook veel levende have en oude klederdracht van de boerderij passeren. Vandaar boerenoptocht. 
Veel mensen hebben een camera bij zich om fotogenieke details uit de stoet vast te leggen. Er waren vandaag ook veel leden van onze Foto Expressie Groep Gemert. We hadden dit weekend onze jaarlijkse fototentoonstelling en de expositieruimte lag aan de optochtroute. Dus we waren er toch. 
Ik maakte ook enkele foto's van de optocht en besefte toen dat ik meer van hetzelfde maakte. In zijn algemeenheid, want er worden vanaf de zijlijn ontzettend veel foto's van de optocht gemaakt. Maar ook voor mezelf, want ik heb vorig jaar deze optocht ook al eens gefotografeerd. 
Ik richtte als straatfotofraaf mijn lens daarom op het publiek. Vanwege onze expositie had ik toch al meer oog voor toeschouwers. Buiten maakte ik foto's waarop ik toeschouwers zodanig inkaderde dat ze kijken naar iets wat je niet op de foto ziet. Het zal de optocht wel zijn, want onze fototentoonstelling is achter hun ruggen. 
Er was dus in elk geval veel belangstelling vóór onze clubexpositie. Buiten.

Veel belangstelling vóór onze expositie.

zondag 20 april 2014

Mysterie

In mijn tuin in Somme-Leuze ontmoette ik zojuist de Paashaas. Het was een uiterst beschaafd heerschap dat mij vriendelijk groette. En ik groette hem. We raakten aan de praat. 
"Paashaas", zeg ik, "hoe komt het dat U met Pasen eieren brengt?" 
"Ach monsieur", antwoordt hij, "ik leg die eieren zelf en niemand gelooft dat. Daarom geef ik ze één keer per jaar weg. Met Pasen." 
"Ach Paashaas", zeg ik. "Hazen leggen toch geen eieren." 
"Ziet U wel. U gelooft mij ook niet." 
"Hoe kan dat dan? Een haas die eieren legt" 
"Dat is een mysterie. Net zoals die dode man die drie dagen later uit zijn graf opstond." 
"Jezus", zeg ik. 
"Zeg dat wel, sjezus", zegt de Paashaas. 
"Mag ik eens iets vragen?", gaat de Paashaas verder. "Hoe komt het dat ik zo scherp en kleurig op Uw foto sta, terwijl de hoeken van de foto donker zijn en de rest van het landschap wat licht en flets is." 
"Dat is mijn mysterie", zeg ik. "Net als jouw eieren en de verrijzenis van Jezus. Maar ik wil mijn mysterie wel ophelderen: ik selecteer de hoofdpersoon in de foto in mijn fotobewerkingsprogramma Aperture en voer het contrast en de kleurverzadiging op. Van de rest van de foto breng ik het contrast en de kleurverzadiging juist naar beneden. En dan voeg ik nogal stevig vignetering toe." 
"Oh", zegt de Paashaas. "Dat ga ik ook eens proberen." 
"Hoe komt U aan die eieren?", probeer ik nog eens. 
"Die heb ik gejat monsieur", antwoordt de Paashaas en hij huppelt fluitend weg. 
"Zeg, Jezus. En hoe deed jij dat eigenlijk?"

Dit is mijn mysterie.

zondag 6 april 2014

Lucky Luke

Ik denk dat de Dominicanenkerk in Maastricht open blijft. De meer dan zevenhonderd jaar oude kerk staat op een strategische plek midden in de stad. Daarvoor vind je altijd wel een bestemming, zo leert de geschiedenis. Hopelijk lukt de doorstart als boekhandel, want ik ken geen mooiere en ik ben in goed gezelschap. De Britse krant The Guardian riep de Maastrichtse boekhandel in de Dominicanenkerk in 2008 uit tot de mooiste ter wereld. 
Nou zijn het moeilijke tijden voor boekhandels, want de klandizie loopt terug. Boekhandelketen Polare – waarvan de Maastrichts boekhandel in de Dominicanenkerk deel uitmaakte – ging in februari failliet. Daarna knokte de boekhandel voor zijn voortbestaan. Er is een doorstart onder de naam Boekhandel Dominicanen en wat mij betreft mag de winkel een voorbeeld nemen aan het gebouw waarin hij is gevestigd. 
Nog ver voor er sprake was van ontkerkelijking werd de Dominicanenkerk in Maastricht al eens aan de eredienst onttrokken. Sinds begin negentiende eeuw zaten er een stadsmagazijn en een drukkerij in het gotische kerkgebouw. Het Maastrichts Stedelijk Orkest zat er in en er was een bloemententoonstelling. Tijdens het Rijke Roomsche leven in de eerste helft van de twintigste eeuw was het weer even een katholieke kerk. Daarna werd er carnaval in gevierd, sinds 1970 zaten er het stadsarchief en een bibliotheekdepot in, exposities, een feestzaal, een postkantoor en een fietsenstalling. 
Het rijksmonument paste zich aan aan de behoefte van de tijd. Dat zou de boekhandel ook moeten doen. Misschien is er een markt voor boeken over Billy the Kid of Lucky Luke, die sneller schoot dan zijn schaduw. Ik maakte in de Dominicanenkerk in Maastricht een foto van een man die kennelijk iets te lezen zocht. Zijn houding verraadt zijn interesse voor revolverhelden uit het Wilde Westen.

Schiet sneller dan zijn schaduw.