maandag 28 oktober 2013

Zonder kleur

Van mij zie je weinig zwart-wit foto's. Ik fotografeer bij voorkeur op straat en kleur is daarbij vaak zeker zo belangrijk in het beeldverhaal, als vorm, structuur en compositie. 
De landschapsfoto's die ik hier de afgelopen dagen plaatste waren ook in kleur. Want het noorderlicht spreekt pas echt, als de groene kleur tegen de donkere hemel afsteekt. En een regenboog is ook op een foto pas een regenboog als er alle spreekwoordelijke kleuren van de regenboog op te zien zijn. 
Er zijn weliswaar briljante zwart-wit foto's van regenbogen, maar die moet je dan toch vooral zoeken bij zwart-wit kunstenaars als Ansel Adems. Hij maakte in 1947 een fantastische foto van de Nevada Fall Rainbow. Adems was de bedenker van de toonschaal waarop de grijswaarden van een foto in trapjes verdeeld worden. Zo heeft een fotograaf de volledige controle over grijstonen. Daardoor kon Adems zelfs een regenboog zonder kleur boeiend vastleggen. 
Hoewel ik in het digitale tijdperk met perfect beheersbare kleurnuances de voorkeur geef aan kleurenfoto's, waag ik me af en toe nog wel eens aan een zwart-witje. De opname moet zich er dan wel voor lenen. Structuur, vorm en compositie moeten een aansprekend beeld neerzetten, waarbij kleur eerder storend dan ondersteunend werkt. 
Op de laatste zeemijlen van onze Hurtigerute maakte ik gisteren zo'n foto in de Sognefjord in Noorwegen. Er viel prachtig zonlicht op de rotsen en op het water. De hoofdkleur in het landschap was grijsachtig blauw. In voegde vignetering in de hoeken toe om het beeld in te sluiten en door het weglaten van de kleur en het aanscherpen van de contrasten won het beeld aan kracht. 
Nu hoeft cabaretier Henk Elsink me vanuit zijn graf ook niet toe te roepen dat de kleur misschien toch eerder blauwachtig grijs zou zijn.

Niet grijsachtig blauw, niet blauwachtig grijs, maar zwart-wit .

vrijdag 25 oktober 2013

Bergmeeuw

Bestaat er eigenlijk zoiets als een bergmeeuw? Mijn kennis van de natuur strekt niet zo ver dat ik daar ooit van heb gehoord. Maar ik heb er wel een foto van gemaakt. Voor wie niet beter weet, zou dat moeten geloven bij het zien van deze foto. Maar zoals ik al vaker aantoonde op deze weblog, kunnen foto's zeer bedrieglijk zijn. 
Ik maakte de foto op de Lofoten ergens in een fjord. Ik prees me gelukkig dat ik mijn 100-400 mm objectief bij me had gestoken. Want telkens als we hier op stap gaan, moet ik kiezen welke apparatuur ik mee neem. Groothoek voor de nauwe fjorden met hun steile hoge rotswanden. Standaardzoom met een bereik van 24-105 mm is bijna overal inzetbaar en schonk me al diverse landschapsfoto's. Mijn telezoom voor vogels of details in de verte, waar we niet naartoe kunnen omdat de boot van de Hurtigrute – zoals ze zelf zeggen – op niemand wacht. Wel of geen statief, want het gesjouw loont niet altijd de moeite. 
Voor een excursie op de Lofoten hing ik mijn Canon EOS 6D om met een 24-105 mm voorgeschroefd. In een diepe binnenzak van mijn Jack Wolfskinjack stopte ik de 100-400 mm telelens, want er bestond een kans dat we onderweg zeearenden zouden zien. 
De zeearenden doken niet op. Wel kon ik dankzij die lens deze zeemeeuw op de digitale gevoelige plaat vangen boven niet meegefotografeerd zeewater tegen de wel zichtbare achtergrond van besneeuwde fjordenrotsen. Zie hier de geboorte van de bergmeeuw.

Is dit een bergmeeuw?

dinsdag 22 oktober 2013

Noorderlicht II

Begin vorige maand schreef ik hier onder het kopje Noorderlicht over de gelijknamige fototentoonstelling in Groningen. Het kopje boven dit stukje wordt dus Noorderlicht II. Eigenlijk zou Noorderlicht I hier passender zijn geweest, want de naam van de fototentoonstelling is ook maar geleend van het echte noorderlicht dat vooral te zien is in de donkere wintermaanden boven de poolcirkel. 
We hoopten er stilletjes op, dat we het noorderlicht op onze bootreis boven de poolcirkel in oktober al zouden zien. Maar we wisten dat de kans klein was. Het moet donker zijn, het mag niet bewolkt zijn en dan moet de zon met zijn explosies ook nog een beetje meewerken. Want de uitgestoten zonnedeeltjes veroorzaken het noorderlicht. 
Het optreden van een Lapse zanger op onze boot was nog maar net voorbij, toen er enig tumult ontstond. Direct daarop kwam door de luidspreker de mededeling dat er flarden van noorderlicht te zien waren. En toen spoedde iedereen zich naar buiten. 
Ik spoedde me tegen de stroom in naar binnen. Want daar lag mijn statief. De camera had ik al bij me om de Lapse zanger te fotograferen. Eenmaal op het dek doofde het noorderlicht uit en besefte ik dat ik te weinig groothoek had om het lichtspel aan de hemel goed vast te leggen, als het terug zou keren. Ik haalde in onze cabine mijn 17-44 mm-objectief en bracht buiten op het dek alles in gereedheid om het groene licht te fotograferen als ik het nog te zien zou krijgen. 
Dat kreeg ik. Overal om me heen flitsten de compactcamera's en keken mensen teleurgesteld op de display als ze ontdekten dat er van het noorderlicht weinig te zien was. Op de balie van onze boot lag een A4-tje met instructies voor het fotograferen van noorderlicht. Daarmee kon je een heel eind komen, maar ik had de instructies al direct na lezing terzijde geschoven en trok mijn eigen plan. Ik heb al ooit goede foto's gemaakt van vuurwerk en bliksemschichten. Dit zou me ook wel lukken. 
Min of meer noodgedwongen fotografeerde ik delen van onze boot mee, want ik kon geen standpunt vinden met een stuk vrije hemel tussen mij en het noorderlicht. Maar daar ben ik niet rouwig om. Het schip op de voorgrond geeft het noorderlicht een extra dimensie. Het leverde me hele bijzondere foto's op. 
Misschien kan ik ze nog eens tonen op de tentoonstelling Noorderlicht in Groningen. En dan noem ik het blogje daarover Noorderlicht III.


Is dit iets voor Noorderlicht, de expositie?

Zonsondergang

De zonsondergang is de klassieker onder de landschapsfoto's. Bij voorkeur hebben we water in de voorgrond, zodat we dubbel profiteren van de prachtige gloed die hemel en aarde kleurt. Ikzelf was jaren geleden al uitgekeken op de zonsondergangen. Iedere toerist met een compactcamera of iPhone maakt ze tegenwoordig. Geen uitdaging.
Vandaag maakte ik foto's aan de Russische grens van het landschap in en om Kirkenes. Mijn collectie fjordenfoto's groeit gestaag en die is nog lang niet af. Kirkenes, een plaatsje met 3300 inwoners in het noorden van Noorwegen, is het keerpunt van onze Hurtigrute. We zijn dus op de terugreis. 
Toch verwacht ik nog landschapsfoto's te maken, die ik op de heenreis niet kon maken. Een belangrijk deel van de sfeer in landschapsfoto's wordt immers bepaald door het licht en door de weersomstandigheden. En die wisselen hier per minuut. Mooie zonsondergangen bijvoorbeeld, zag ik tot vanavond nog niet op onze reis. Maar, zoals ik zei, sunsets kunnen me niet meer bekoren. 
Toch maakte ik er eentje die ik hier laat zien. Want ik zag een fenomeen in opkomst: de fotografie met een iPad. Het zijn vooral ouderen die kiezen voor het gemak van deze fotografie. Jongeren lachen daar om. Onlangs nog gehoord: 'Mijn pa fotografeert met zijn iPad, hahaha.' Het is wel grappig ook. In plaats van een iPad kun je een behoorlijke fotocamera meesjouwen, die meer kwaliteit biedt dan de kleine sensor in een iPad. Maar het is ook wel gemakkelijk. Je kunt de foto meteen op een behoorlijk formaat bekijken en je kunt hem ook direct doorsturen naar Facebook of per e-mail. 
Ik ben blij dat ik deze foto maakte met mijn Canon 6D, een spiegelreflexcamera met een uitmundende kwaliteit. Die kan een behoorlijke contrastomvang aan en dat komt me in deze foto goed van pas. Want met het RAW-bestand kon ik het beeld in mijn fotobewerkingsprogramma Aperture 3 zodanig opkalefateren, dat zowel de echte zonsondergang als het beeld op de iPad te zien zijn. Ik moest wat bewerkingstrucjes toepassen, maar daarmee is het wel meteen een zonsondergang geworden die de moeite waard is: het nieuwe fenomeen van iPadlandschapsfotografie. 
Dikke Heer Van Dale, dit woord mag U gratis overnemen.

Het woord iPadlandschapsfotografie kan in de Dikke Van Dale.

zondag 20 oktober 2013

Svolvaer

Onze Finnmarken vaart alweer ruim een etmaal boven de Poolcirkel. Als ik op deze zondagmorgen naar buiten kijk, zie ik zeewater dat via een onzichtbare grens heel diffuus overgaat in een grijze mistwal. Ik kijk naar een 18%-grijskaart waarmee je een neutrale lichtmeting kunt uitvoeren. Nou, vooruit dan. Als opwindende afleiding zie ik sneeuwvlokken voor het raam langs waaien. 
Saaie reis? Allerminst. Gisteravond maakte ik foto's van Svolvaer, de hoofdstad van de Lofoten. Ik maakte er foto's van de haven, want veel tijd om de stad in te gaan hadden we niet. De eerste foto's waren voor de hand liggende opnamen van een haven die baadde in het kunstlicht. Het waren foto's van spiegelingen in het water en neonreclames aan loodsen en hotels in de stad. 
Het oogde allemaal wat gewoontjes, maar het werd al leuker toen ik het leven in het havengebied ging fotograferen. Mensen die aan boord van ons schip gingen en zich op de loopplank al glibberend en glijdend vastgrepen aan de railing. Een bemanningslid van onze boot die in het donker een sigaret rookte op het dek. En deze foto, die nog het meest lijkt op een plaatje uit een bewakingscamera. 
Toch is het een onschuldig tafereeltje. Deze foto toont niet een groepje opgeschoten lummels dat de stad onveilig maakt en ook geen man die alleen beschermd door een hond over straat durfde. Eigenlijk toont deze foto het hele gewone avondleven van Svolvaer. Immers, is het niet doodnormaal dat een man waar ook ter wereld rond negen uur in de avond zijn hond uitlaat? En waar ter wereld kleden mensen zich niet warm aan met capuchons over het hoofd als het vriest en sneeuwt. 
Het zou er bij daglicht wat minder spookachtig hebben uitgezien, maar ik maakte hier dus een foto van het gewone leven op een Noors eiland. Het is hooguit het hoge standpunt dat iets ongewoons aan de foto toevoegt. 
Ik was wel toe aan een raar plaatje, na al die bijzondere landschapsfoto's die ik gisteren maakte. Inmiddels klaart het hier op en zie ik de eerste contouren van besneeuwde rotsen. De camera ligt klaar voor weer een dag met fraaie landschappen.


Voor de afwisseling eens geen landschapsfoto.

donderdag 17 oktober 2013

Regenbogen

Het is niet per se erg om op een vakantiedag regen te hebben. Vooral niet als tegelijkertijd de zon schijnt. Bij ons in Nederland kan het dan gebeuren dat je een regenboog ziet. In de Noorse fjorden, waar we nu zijn, regent het dan regenbogen. 
Vanmorgen stonden er tijdens een fikse hagel- en regenbui maar liefst drie tegelijkertijd. Het kunnen er vier geweest zijn, want ik wist niet waar ik overal kijken moest. Ik werd zo ongeveer van de voorsteven van onze Finnmarken geblazen. Maar twee camera's en een statief gaven genoeg gewicht, om me stevig op het dek te drukken. 
Dat mijn camera's maar matig geseald zijn tegen binnensijpelend water, verontrustte me niet echt. Ik was bezig met het maken van hele bijzondere foto's. Want zoveel regenbogen tegelijkertijd zag ik niet eerder. De wateroverlast had een zorg voor later kunnen zijn, maar inmiddels weet ik dat mijn apparatuur onbeschadigd uit dit natuurverschijnsel is gekomen. 
Ik heb een poosje zitten dubben welke foto ik zou kiezen voor deze blog. Want na een strenge selectie oogstte ik vandaag 146 fraaie platen. Dat het er eentje moest worden van de regenbogen, maakte de keuze een stuk eenvoudiger. Alles bij elkaar schoot ik daarvan een stuk of vijftien opnamen, maar ik hield er vier over die het bijzondere weerfenomeen van multiple-regenboog toonden in een mooi landschap. 
Ik verwacht dat mijn foto-apparatuur en ikzelf het de komende dagen in de kou en de nattigheid nog flink te verduren krijgen. Maar als het blijft regenen met gelijktijdige zonneschijn, en die regenbogen blijven in veelvoud komen, dan vind ik die pot met goud ook wel een keertje. En dan kan ik me wel een nieuwe fotouitrusting veroorloven.

En nog geen pot met goud gevonden.


maandag 14 oktober 2013

Laplanduil

Hoewel we diverse keren in Lapland waren, hebben ik daar nog nooit een Laplanduil voor de lens gekregen. We wandelden in Sarek, het oudste nationaal park van Zweden, en in Muddus, beduidend kleiner maar ook zeer de moeite waard. Alleen, geen uil gezien. 
De enige uil die ik in het wild heb gezien, was een Oehoe in het Duitse Ith gebergte. Hij scheerde op een vroege ochtend geruisloos, laag over me heen. Ik zou hem niet hebben opgemerkt, als ik niet een kort moment volledig bedolven werd onder zijn enorme schaduw. Ik was te verbouwereerd om een foto te maken. 
Vandaag waren we in dierenpark Gaia Zoo in Kerkrade. Ik maakte er foto's van dieren in gevangenschap. De meeste waren een makkelijke prooi voor een fotograaf, al was het even oppassen met het licht dat er niet in overvloed was. Voor een beetje een bruikbare sluitertijd met een redelijke scherptediepte moest ik de ISO-waarde al naar 800 brengen. Maar voor mijn Canon 6D is dat geen probleem. 
Ik was vandaag lui uitgevallen en liet mijn statief en telelens in de auto achter. De fotomogelijkheden waren daarmee beperkt. Maar de dieren waren ook lui, dus spannende foto's waren er toch al niet te maken. 
De Laplanduil zat op een tak in een tamelijk natuurlijk biotoop. Hij zat in een kooi van kippengaas. Maar met de lens dicht tegen het gaas en een diafragma bijna helemaal open, kon ik uit de hand deze foto maken. Het gaas valt buiten de scherptediepte van mijn 24-105 mm-objectief in de maxiamale telestand bij een diafragma van f/4.5 op een afstand van twee meter. Ik koos voor een sluitertijd van 1/250 ste seconde, want ik nam de foto uit de hand. De ISO-waarde moest voor een goede belichting naar 1600. 
Ik heb nu verklapt dat dit een dierentuinfoto is. Maar, vraag ik de pure natuurfotograaf, is dat erg? 
Een Laplanduil in Limburg blijft een Laplanduil. Bovendien worden veel portretfoto's van mensen met flitslicht in studio's gemaakt. Dat is ook niet bepaald in het wild, maar wel volledig geaccepteerd.

Een Laplanduil in Limburg blijft een Laplanduil.

zondag 6 oktober 2013

CrossFit

Ieder z'n hobby. Ik fotografeer voor mijn liefhebberij. Vanmiddag verkeerde ik tussen lieden die de ultieme inspanning als best denkbare ontspanning verkiezen. Ze tillen halters met gewichten boven hun hoofd, die meer wegen dan hun eigen lichaam. En dat tot ze er bij neervallen. Letterlijk. 
Ik til een Canon 6D met een bodygewicht van 755 gram of de 7D met een pittige 820 gram tot ooghoogte. Ik een watje? Ho even, daar komt de lens nog bij en in de regel sjouw ik nog wat accessoires mee. En eh, zij maken geen foto's. 
Ik was vanmiddag in een gezelschap van CrossFit, waar afgetrainde lijven bezig waren met hun Lowlands Thowdown 2013 qualifier workouts. Ik maakte foto's van bezwete lijven en gezichten met grimassen. Tussen al die krachtpatserij zag ik een kereltje dat alleen maar aandacht had voor gewichten die hij met zijn peuterpostuur met geen mogelijkheid van zijn plaats kreeg. 
Ik maakte een foto van het manneke dat Cas heet en sprak even met zijn moeder. Zij was bij CrossFit terecht gekomen omdat artsen haar een toekomst in het vooruitzicht stelden van rolstoel en ernstige lichamelijke beperkingen. Op pure wilskracht stortte ze zich op de zware fysieke trainingen van CrossFit en nu heeft ze het lichaam van een afgetrainde atlete en is de rolstoel ver weg. Niet voor iedereen is hier de zware inspanning dus uitsluitend voor de ontspanning. 
Ik bekeek op de display van mijn camera de foto die ik zojuist had gemaakt van Cas. Als die de wilskracht van zijn moeder heeft, gaat hij deze gewichten nog eens boven zijn hoofd brengen. En mocht dat niet lukken Cas, dan is fotografie ook een hele leuke ontspanning.

Wacht maar tot ik groot ben.