In het Eindhovense Dagblad las ik deze week een bespreking van het werk van Phoebe Maas door kunstredacteur Rob Schoonen (Onder de kop: Gedichten maken met de camera). Maas is kunstenares en gebruikt de camera als gereedschap. Veiliger dan met hamer en beitel gemeen hard op je duim slaan, denk ik dan maar.
Haar werk lijkt toevallig tot stand gekomen, schrijft Schoonen. Het oogt niet af: scherptediepte kon beter, nonchalant ingekaderd. Maar haar foto's zijn als gedichten, ze vertelt in haar foto's met veel gevoel over haar persoonlijke impressies. Ze doet dat niet met ingehuurde modellen, maar met mensen uit de omgeving die haar dierbaar zijn.
Schoonen stelt vragen bij wat hij ziet, als hij de foto's nauwkeurig bekijkt. Maakt die man dat knoopje van zijn overhemd vast, of maakt hij het juist los? Heeft zij die schoenen al uitgetrokken, of moet ze die nog aantrekken?
Ik was tot nu toe een gepassioneerd amateurfotograaf. Maar sinds vandaag ben ik een kunstenaar. Ik heb mijn vrouw – pas op: niet zomaar een model – wat slordig ingekaderd en de scherptediepte is ook niet optimaal. Dat koekje, gaat ze daar een hap van nemen, of heeft ze dat juist gedaan? Die onscherpe trap op de achtergrond, loopt die naar boven of juist naar beneden?
Hoera, ik ben een kunstenaar die zijn camera gebruikt als gereedschap. Bedankt voor je inspirerende artikel Rob. Bedankt voor je verhalende foto's Phoebe. De foto hieronder is toevallig tot stand gekomen toen we in een restaurantje zaten te eten. Het verhaaltje heb ik er later bij gemaakt. Is dit nou kunst of kitsch?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten