De lens bevalt me uitstekend, mag ik vaststellen na een wandeling van een paar uur waarop ik vanaf statief en vanuit de hand ruim zeventig plaatjes schoot. Het zijn vooral landschaps- en dierenfoto's waarmee ik flink heb geëxperimenteerd met scherptediepte en tegenlicht. De lens heeft er geen enkele moeite mee.
Waar ikzelf moeite mee had was om de plek te bereiken waar ik foto's wilde gaan maken. Er loopt een asfaltweggetje het bos in naar een parkeerplaatsje. Gisteren was dat weggetje echter geblokkeerd door lieden die met tractoren en grote wagens kaphout uit de bossen aan het halen waren. Geen nood, dacht ik. Ik ken hier de weg en stak een zandpad in waarop ik mijn hindernissen meende te kunnen omzeilen.
Er doemden echter andere hindernissen op: door wagens met grote wielen kapotgereden paden. Na de regen van vanochtend stonden de kuilen vol plassen en hadden de winterbanden van mijn Volvo V50 amper grip in de modder. Nou heb ik enige ervaring met vierwielaangedreven auto's waarmee ik op IJsland door rivieren gestoken ben. Dus door de krachten van de motor goed te doseren en een spoor te zoeken waarmee ik met tenminste één aandrijfwiel greep hield op wat hardere ondergrond ben ik nergens vast komen te zitten. Uiteindelijk leek het me wel veel relaxter om op de rug van een paard door dit gebied te trekken, zoals de dames die ik in het tegenlicht in mijn nieuwe Canonlens ving.
Relaxter dan met de auto. |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten